Nederland wordt veiliger, maar dat geldt niet voor het platteland. Uit de misdaadmeter van het Algemeen Dagblad blijkt dat criminelen vaker toeslaan in het buitengebied. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) wil daarom de publiek-private samenwerking verbeteren en het veiligheidsbewustzijn op het platteland vergroten.
Het CCV kondigde eind maart 2016 de eerste pilot voor het Keurmerk Veilig Buitengebied aan in Bronkhorst. Inmiddels hebben ook Moergestel, Ede en Dronten interesse getoond. Het traject helpt partijen afspraken te maken om samen overlast en criminaliteit effectief aan te pakken. Na winkelcentra en bedrijventerreinen richt het CCV zich nu ook op de buitengebieden.
Het CCV heeft door haar veiligheidsscan bij agrarische bedrijven goed zicht op wat er plaatsvindt. Paul van der Weiden, adviseur Veilig Ondernemen bij het CCV: ‘Opvallend in deze gebieden is dat misdaad vaak niet wordt gemeld. De informatiepositie van de politie is daarom niet sterk. Daarnaast blijkt dat instanties in dit soort gebieden, zoals waterschappen, natuurorganisaties, wildbeheereenheden en omgevingsdiensten weinig gegevens delen. Daardoor blijft analyse uit en is criminaliteit deels een dark number.’
Criminaliteit op het platteland is van andere aard dan in de rest van het land, zegt Van der Weiden. ‘Diefstal van het erf of uit schuren is een groot probleem. Van boormachines, kettingzagen tot tractor- en dieseldiefstal. Daarnaast lopen boeren risico bij het verhuren van schuren, loodsen of ander onroerend goed. Deze plekken lenen zich bij uitstek voor illegale activiteiten als hennepkweek. We zien hennepschuren, drugslaboratoria en het dumpen van restproducten in de openbare ruimte. Geregeld wissen inbrekers hun sporen uit door brand te stichten.’
De ervaring van het CCV is dat bewoners op het platteland kwetsbaar zijn. Er is sprake van vergrijzing en voor veel agrariërs is het een uitdaging om financieel rond te komen. Veel agrarische bedrijven hebben last gehad van de crisis en de prijzen staan nog steeds onder druk. ‘Deze mensen vormen een doelwit voor figuren die op hun erf komen en zich vervelend gedragen’, aldus Van der Weiden.
Daarnaast speelt naïviteit een rol. ‘Maar weinig agrariërs hebben passende beveiliging. Ongenode gasten kunnen onaangekondigd en ongezien het erf oplopen en zelfs stallen, schuren of woonhuizen betreden. Beveiliging in de vorm van goed hang- en sluitwerk en cameratoezicht is daarom zeker geen overbodige luxe. Een tractor kost al snel tienduizenden euro’s.’
Van der Weiden gelooft dat de veiligheid op het platteland kan worden vergroot door te investeren in publiek-private samenwerking. ‘Het is vooral belangrijk dat het veiligheidsbewustzijn verbetert’, zegt hij. ‘Mensen moeten hun ogen en oren gaan gebruiken en investeren in veiligheid. Vervolgens moet de wijkagent beter in beeld komen en informatie worden gekoppeld. Organisaties, postbezorgers, thuiszorg, de politie; het zijn stuk voor stuk partijen die in zo’n gebied acteren. Het is belangrijk deze allemaal erbij te betrekken.’