Gemeentes kiezen vaker voor (flexibel) cameratoezicht 

Artikel
2 minuten leestijd

Het aantal gemeentes met cameratoezicht is de afgelopen jaren flink toegenomen. Dat blijkt uit een evaluatie van de wetswijziging van artikel 151c van de Gemeentewet. Met name flexibel cameratoezicht is populair. Ruim een derde (35%) van de gemeentes die aan de evaluatie deelnam, heeft de afgelopen vijf jaar besloten flexibel cameratoezicht in te zetten.

Het wetsartikel werd in 2016 aangepast om flexibel cameratoezicht mogelijk te maken voor handhaving van de openbare orde. Met ‘flexibel’ worden mobiele, makkelijk plaatsbare camera’s bedoeld, die niet aard- of nagelvast worden bevestigd aan gevels of op speciaal geplaatste palen. Vergeleken met vaste camera’s worden flexibele camera’s vaker ingezet om (verplaatsende) overlast tegen te gaan. Bijvoorbeeld in uitgaanscentra en op en rondom kermisterreinen.

New Call-to-action

Cameratoezicht

Naar schatting heeft inmiddels meer dan de helft van de Nederlandse gemeenten (tussen de 188 en 215) vast of flexibel cameratoezicht. Dat was ten tijde van het vorige landelijke onderzoek in 2009 nog 28%. Het uitgaanscentrum van steden is de plek waar de meeste camera’s staan. Daarna volgen specifieke plekken met overlast, zoals winkelcentra en openbaarvervoerlocaties. In vergelijking met 2009 zetten gemeenten minder cameratoezicht in op bedrijventerreinen en in parkeergarages. Nieuw is het cameratoezicht rondom afvalcontainers. Nu is dat er in minimaal vijftien gemeenten, terwijl het in 2009 nog niet voor kwam.

Sinds de wetswijziging is het aantal gemeenten met cameratoezicht gestaag gegroeid. Naar schatting zijn er de afgelopen vijf jaar vijftig extra gemeenten bijgekomen die cameratoezicht inzetten. Omdat de groei vooral zichtbaar is in relatief kleine cameraprojecten met minder dan tien camera’s, is het volgens de onderzoekers waarschijnlijk dat deze het gevolg is van de wetswijziging die flexibel cameratoezicht mogelijk maakte.

Flexibele oplossingen

Gemeentes verwachten dat het aantal camera’s ook de komende jaren nog kan groeien. Dat geldt zeker voor flexibele oplossingen. Mobiele camera-units zijn volop in ontwikkeling en worden steeds gebruikersvriendelijker. Zo levert Securitas Technology units (de MCU 3.0) die zijn voorzien van een autonome brandstofvoorziening. Daarmee zijn deze units zonder vaste voedingsbron meer dan twee weken operationeel inzetbaar. Door middel van een aanhanger zijn ze eenvoudig te verplaatsen wat ze extra flexibel maakt.

Maar ook voor evenementen en/of locaties waar geen plaats is voor mobiele masten komen steeds meer innovatieve oplossingen op de markt. Securitas Technology werkt op dit soort plekken graag met de MCU Lite. Dit is een kleine unit die bijvoorbeeld aan een lantaarnpaal kan worden bevestigd. De unit is voorzien van een camera, voedingsbron en transmissieapparatuur. De voedingsbron kan worden opgeladen door middel van de OV-verlichting waarna deze in staat is om 48 uur autonoom te functioneren.

Noodzaak en proportionaliteit van cameratoezicht

Hoewel (flexibel) cameratoezicht populair is, blijkt uit de evaluatie dat gemeentes bij de inzet ervan steeds een afweging maken tussen verschillende belangen. Zij dienen de proportionaliteit van cameratoezicht te onderbouwen. De resultaten laten zien dat dit in de meeste gemeenten inderdaad gebeurt. Volgens het subsidiariteitsbeginsel moeten eerst ‘lichtere’ maatregelen worden ingezet voordat cameratoezicht is toegestaan. Dat gebeurt in nagenoeg alle gemeenten. Zij nemen dan eerst andere maatregelen. Zoals surveillance door de politie, betere straatverlichting of samenwerking met jeugdwerk en straatcoaches. Ook de inzet van beveiligers kan helpen om de veiligheid te vergroten. 

New Call-to-action