Beveiligingsstudenten worden dagelijks klaargestoomd voor het vak. Op school en in leerbedrijven waar ze hun eerste stappen zetten in de praktijk. Wat maakt leren in de praktijk zo effectief? Wij vroegen het Securitas praktijkopleider Jan de Kam, winnaar van de verkiezing tot beste praktijkopleider.
De Kam is een van de praktijkopleiders die de afgelopen jaren door de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) werd uitgeroepen tot beste praktijkopleider. Hij scoorde hoge ogen in de categorie ‘Zakelijke dienstverlening en Veiligheid’. Een enorme opsteker. De Kam: ‘Het overbrengen van de passie voor het beveiligingsvak vind ik fantastisch om te doen. Studenten laten zien hoe het werkt in de praktijk.’
Het verschil tussen theorie en praktijk is een van de interessantste aspecten van het opleiden, vindt De Kam. Leren studenten tijdens de opleiding bijvoorbeeld dat ze bij een strafbaar feit een verdachte moeten aanhouden en de politie moeten waarschuwen. In de praktijk gaat het er soms anders aan toe. Zo besluiten opdrachtgevers in sommige gevallen ervoor om geen aangifte te doen. De reden daarvoor is dat ze geen politie over de vloer willen of bang zijn voor imagoschade.
De Kam werkt inmiddels meer dan 15 jaar als praktijkopleider en heeft duizenden leerlingen zien passeren. Hij vindt het mooi om zijn studenten bewust te maken van verschillende werkwijzen. De Kam: ‘Hoe komt een keuze tot stand? Klopt het zoals wij het in het vakgebied willen zien? Ik besteed veel aandacht aan het toepassen van theorie. Dit omdat theorie en praktijk onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Je kunt de theorie beter begrijpen door er in de praktijk mee geconfronteerd te worden.’
Persoonlijke begeleiding is volgens hem een belangrijk onderdeel van de praktijkopleiding. ‘Het motiveren, stimuleren, coachen en daar waar nodig corrigeren en assisteren; de begeleiding binnen onze afdeling gaat heel ver. Door de vele contacten bouw je een vertrouwensrelatie op. Indien nodig kan een leerling mij 24/7 benaderen en zal ik er in het belang van zijn opleiding en ontwikkeling altijd voor hem zijn.’
De Kam vindt het belangrijk dat leerlingen zelf afwegingen leren maken. ‘De combinatie werken en leren is soms zwaar, zeker als iemand ook nog een gezin heeft. Een goede voorbereiding is daarom nodig. Ik maak studenten al tijdens het eerste sollicitatiegesprek bewust van wat er van ze wordt verwacht en maak duidelijke afspraken. Samen werken we niet alleen aan de toekomst van Securitas, maar ook aan hun eigen toekomst.’
Volgens de praktijkopleider kunnen praktijkopleiders zich onderscheiden door niet boven de aspirant te gaan staan, maar door zich gelijkwaardig op te stellen. Toch is een directe aanpak volgens hen wel belangrijk. ‘Als het nodig is onderneem ik actie, zodat de leerling ziet en ervaart dat ik er voor hem ben. Maar ook als een afspraak wordt geschonden zal ik direct in gesprek gaan. Afspraak is afspraak.’
Het mooiste van het vak? Dat is volgens De Kam het diploma aan het einde van de rit. ‘Als praktijkopleider werk ik regelmatig met zij-instromers en met groepen aspiranten met een afstand tot de arbeidsmarkt. Deze mensen zijn vaak zo dankbaar dat ze met de juiste persoonlijke begeleiding een diploma hebben gehaald. Dat ze een baan hebben en niet meer afhankelijk zijn van anderen. Dat geeft een enorme energie.’
